Page 5 - VA01_2018
P. 5

vooral heide. De bosbouw is op schrale zandgrond moeizaam op gang gebracht, een tijdlang vooral productiegericht ge- weest. Pas de laatste decennia is sprake van een mix van doelstellingen: natuur- beheer, beleving en recreatie. Daarmee kun je zeggen dat het Eper bosgebied een levend geschiedenisboek van de bosbouw is. Jaarlijks is nu sprake van ruim 9.000 kubieke meter bijgroei.
De oogst bedraagt tussen de 3.000 en 3.600 kubieke meter per jaar. Kortom: de voorraad in het Eper gemeentebos groeit zo’n 6.000 kubieke meter per jaar. De Eper Gemeentebossen zijn PEFC- gecerti ceerd wat zoveel wil zeggen dat sprake is van duurzaam bosbeheer.
Bijsturen
“Ik volg het bos en stuur her en der een beetje bij om meer variatie en dus een vitaler bos te krijgen. Als de douglas het op een bepaalde plek goed doet, dan laat ik die daar groeien. Dat geldt ook voor de Amerikaanse eik, de berk, beuk, lariks, grove den of inlandse eik. Soms moet je wat bijsturen. Uit bodemon- derzoek kun je opmaken dat er bijvoor- beeld bepaalde nutriënten (voedings- stoffen) moeten worden toegevoegd, zodat betere beworteling plaatsvindt. Dat is een eenmalige bewerking van de bodem. Ik ben geen tuinman die iedere week met een zak kunstmest door het bos gaat.”
Juweeltjes
Philipsen staat bij collega’s bekend
als een bosbeheerder met kennis van zaken. Bosbeheer is een kwestie van de lange adem en dat is exact wat bij hem past. Bij veel maatregelen en stappen die hij neemt is het resultaat en effect pas zichtbaar op het moment dat hij al lang uit beeld verdwenen is. Dat geldt bijvoorbeeld voor de QD-methode (Qua- li zieren Dimensionieren), waarbij hij mooie exemplaren de volledige ruimte geeft om tot volle wasdom te komen. “Dat zijn de pareltjes voor de recreant, maar mijn uiteindelijk doel is om deze bomen zo mooi te laten uitgroeien dat ze geschikt zijn voor de  neerindustrie. Voor dat hout krijg je een uitstekende prijs. Dat betekent ook dat je ieder jaar een aantal van deze mooiste exempla- ren uit je bos omzaagt. Dat is lastig uit te leggen aan de recreant, die juist zo geniet van deze juweeltjes”, zegt de beheerder, die binnen de wereld van bosbeheerders veel respect krijgt. Zo ageerde hij in het verleden sterk tegen de ideeën van bepaalde bosbeheerders die ervoor pleitten om alle exoten zoals Amerikaanse eik en douglas uit het
bos te verwijderen. Hij noemde deze
VA-KRANT
Rob Philipsen: “Er zijn veel monumentale bomen gesneuveld.”
ontmenging van de bossen complete kapitaalvernietiging. Neem bijvoorbeeld de douglas, een boom die uitstekend geschikt is voor constructiehout in de bouw (maar ook voor vloeren, kozijnen, masten, enzovoort) en dus gewild is in de houthandel.
Storm
De storm die 18 januari over Nederland raasde liet ook in de Eper gemeentebos- sen zijn sporen na. Philipsen vertelt
dat hij nog nooit zo’n zulke zware windstoten heeft meegemaakt. “Ik was zelf ook verrast hoeveel bomen er om zijn gegaan. Er zijn veel monumentale bomen gesneuveld. Verder zijn er veel bomen, waarvan de kruin is afgedraaid
‘Ik heb niks met planmatig bosbeheer’
en waarvan de onderstam nog staat. Die zijn alleen nog geschikt voor de papier- en palletindustrie. Doodzonde natuurlijk, maar dat hoort er bij. Dat is de natuur.”
Edelher ten
Als bosbeheerder is hij doorlopend op zoek naar het evenwicht tussen recreatie, natuur, cultuur-historie en
houtoogst. Reden dat hij wat weifelend is als de vraag voorbij komt over de groei van de edelherten- en wildezwij- nenpopulatie. “In het bos hebben we van de wilde zwijnen weinig last. Des te meer hinder hebben we van de edel- herten. Die vreten werkelijk alles kaal. Ook worden hectares jonge bossen door veegschade, veroorzaakt door herten, volledig vernield. De jonge aanwas heeft geen mogelijkheid om zo tot ontwikke- ling te komen. Je bent dus genoodzaakt om jonge bomen in kokers te zetten of stukken af te gazen, maar eigenlijk wil je dat niet. Maar moet je ze daarom inten- siever bejagen? Het zijn immers prach- tige dieren en gezien vanuit het oogpunt van toerisme hebben we baat bij deze dieren. Ik vind het een lastige vraag.”
“Ieder jaar zagen we een paar van de mooiste exemplaren uit het bos. Dat is moeilijk uit te leggen aan de recreant.”
Tekst en foto’s: Gerrit Tenkink
MENS & WERK | 5


































































































   3   4   5   6   7